Gisteren gezien. Die laatste film van Tarantino. Een soort spaghetti western maar dan anders. Met enorm veel muziek van Ennio Morricone. Tarantino gooide het allemaal in de recyclingmachine.
En wat wordt er toch heerlijk wraak genomen. Onder prima sounddesign terwijl er weer een mof gescalpeerd wordt. Of met een mes in het voorhoofd een SS-teken gekerfd wordt. Lekker hoor.
Negen van de tien speelfilms staan bol van de clichématige filmmuziek. Mijn handen en oren jeuken regelmatig als ik erna kijk. Zelfs mijn vriendin ergert zich regelmatig te pletter.
Filmmuziek moet een spel spelen, niet alleen de beelden versterken. Sterker nog: het moet juist een contrast vormen, de spanning muzikaal verhogen, momenten verrassend en onverwachts maken. De angst en het gevaar voelbaar maken. Liefst met zo min mogelijk violen.
Liefst met een gitaar en een klokkenspel.
Geef een reactie