Ik kocht het septembernummer van de OOR vanwege een interview met Spinvis. De bonustrigger: een foto van The Police op de voorkant, mijn oude favorieten.
Mooi Spinvis interview. Ik bewonder Spinvis om de combinatie van sterke nummers en interessante arrangementen. Sfeervolle geluiden, onafheden, organisch, maar ook erg eerlijk en super Nederlands. Graag zou ik Spinvis willen horen spreken over hoe hij geluid benadert. Geluid is muziek, maar sommige geluiden werken wel in een lied en anderen weer niet. De combinatie is van belang. Sommige geluiden, hoe totaal verschillend van elkaar ook, mengen zich goed samen in een lied. Die zoektocht, Spinvis heeft er echt de tijd voor genomen, is wat ik van hem zelf wil horen. Liefst zittend achter de computer, die losse fragmenten afspeelt en er uitleg over geeft. Inzoomend op geluid. Misschien moet ik zelf met Spinvis hierover praten. Gewoon een keer een afspraak met hem maken en een camcorder meenemen.
Tja, The Police, mijn oude helden. Jeugdhelden. Ik was waarschijnlijk een jaar of 13 toen The Police mij voor het eerst raakte. Met name het lichte maar rake spel van drummer Stewart Copeland. Hij speelde Reggae (accent op de 3e tel met de bassdrum) met een punk benadering. Hoewel de meeste drummers met een zware drumkit speelden (diep donker geluid), koos Copeland voor een licht geluid. Een soort jazzkit gebruikte hij als drumstel. En zijn hihats klonken super los. Maar nog belangrijker was: Copeland had niet alleen de neiging om het tempo te versnellen in nummers, met name live, maar ook op de platen hoor je dat hij altijd aan het ‘douwen’ is. Voor de tel spelen, jagen, speedy. Zonder Copeland, geen Police. Althans voor mij.
The Police, Copeland die het ritme zet met veel ruimte, de Reggae, waar Stings bas tussenin valt. Als je daar wat akkoorden overheen zet, Andy Summers, dan heb je genoeg. Een formule die werkt en erg logisch is. Makkelijk praten achteraf, want je moet er maar op zien te komen! The Police heeft geknokt voor haar eigen geluid. Copeland en Sting die elkaars tegenpolen zijn. Copeland vuur (hij noteerde zelfs ‘fuck off you cunt’ op zijn tomtoms wat letterlijk op Sting sloeg!), Sting water. Net als Spinvis hebben ze die formule gevonden, een unieke combinatie.
Op mijn 13e wilde ik gitaar leren spelen, jazzmuziek. Jazzmuziek is de perfecte basis omdat het melodieus en harmonisch geavanceerd in elkaar zit. Andy Summers gebruikte geen standaard rock-akkoorden, maar gebruikte rijkere akkoorden, soms met een 9 of een 11 (muzikanten-taal, de 11 die je als een sus zou kunnen zien, maar eigenlijk Braziliaans is, maar dit terzijde). Complexe akkoorden over een simpele basis, is de formule van de Police. Een soort slimme, melodieuse punk leverde dat op. Ik kon er wat mee, misschien met name door mijn eigen gitaar-studie. Andy Summers stond dichter bij jazz, dan bij rock. Copeland ook, maar de Police als geheel was een popband met een rock gevoel. Perfecte popsongs met slimme arrangementen. Een trio, die het standaard idioom van het trio, Hendrix dus, vernieuwde.
De reünie van de Police, nu dik 20 jaar nadat ze de knuppel richting hoenderhok wierpen, boeide mij eigenlijk niet. Hoewel ik jarenlang toch hoopte op een hereniging, nu het zover was bleek mijn interesse niet langer aanwezig. Maf. Maar na het lezen van pagina’s vol ouwe verhalen over de Police in de OOR, denkend aan mijn eigen jeugdervaringen ermee, ja ik zou ze eigenlijk toch graag willen zien. De concerten zijn volgens mij uitverkocht. Een gemiste kans. Nou goed dan! OOR bedankt!
Geef een reactie