Plotseling verander je in een soort ding. Daar waar eerst alles vloeiend leek – het universum als een grote swingende massa – wordt op een bepaalde dag in jouw vroege leven bepaald dat je een object, een mens bent. Dit zijn Jouw handen, Jouw benen, Jouw gezicht, dit is Jouw brein.
Vervolgens ga je het ook bij anderen zien. Hun benen, Hun ogen, Hun monden. Hun mooie lichamen.
Met de dag wordt het verhaal completer. Want alles wat die handen produceren en wat die hersenen denken, het zijn allemaal producten van het object waar het uit voortkwam.
Jaloers kijk je naar dat wat niet van jou is. De mooie handen van de ander. En al het moois dat die handen voorbrengt. Was het allemaal maar van jou!
Tot de covid kwam en we in één klap begrepen hoe het echt zit. Dat de adem van de ander misschien wel levensbedreigend is.
Zeg het maar, wat is ons nieuwe verhaal?
Geef een reactie