If a painting is never chosen to be displayed in a museum or a gallery, does that mean it has no value? If a song never gets published, recorded, or played on the radio, does that mean it’s worthless?
Bovenstaand citaat komt uit het boek Inside Songwriting van Jason Blume. Hij antwoord op die vragen met een volmondig “nee!” Het is best opvallend dat hij dit in zijn boek zo expliciet benoemt juist omdat hij enorm succesvol is als we het vanuit de poen en bekendheid bekijken. Zo schreef hij songs voor Britney Spears, the Backstreet Boys en diverse anderen. Als een soort bijsluiter: ik mag dan wel succesvol zijn, maar dat is niet het belangrijkste. Wat hem gelijk sympathiek maakt. Zo beschrijft hij hoe hij jaarlijks het Camp SummerSongs in New York’s Catskill Mountains organiseert.
In each little corner, under every tree, there seems to be someone strumming a guitar, singing, and having a wonderful time. Outside of this place, these folks are teachers, lawyers, thera-pists, homemakers, nurses, advertising executives, and everything in between. But for one week a year they trade their business suits for Birkenstocks and their briefcases for guitars.
Tijdens het ontbijt vertelt een vrouw hem dat de echtgenote waarmee ze 38 jaar getrouwd is haar totaal niet steunt in haar verlangen om muziek te maken.
She described a con-trolling, abusive spouse who demanded that everything go his own way. She felt that her feelings and opinions weren’t important considerations to him and that she’d spent most of her life acquiescing to his demands. He told her she had no talent and would never earn any money at this, so why bother? She defended her passion like a mama lion defending her cubs and told him that she wasn’t doing this for money, but for love, and that he couldn’t make her stop.
…
She explained to me that when she wrote songs she could throw them away if she didn’t like them, or she could rewrite them until she loved them. It was her choice. But in either case, the writing process itself gave her joy and she wouldn’t let anyone take that away from her. She said, “Songwriting is my wings,” and I believe her.
Prachtig!
Het sluit naadloos aan bij wat Mister Motley gisteren publiceerde op haar website, een stuk met de titel Hulde aan de kunstenaars zonder ‘carrière’! – een pleidooi voor hoop. Het is een fantastisch betoog van Cécile Verwaaijen wat aansluit bij wat ik hierboven aanstip, dat succes niet iets is dat door de buitenwereld wordt bepaald. De kunstenaar, de creatieveling, de maker, bepaalt namelijk of het werk een succes is en niemand anders.
Het stuk staat werkelijk bol van de scherpe observaties waar ik me volledig in herken. Zo beschrijft Verwaaijen de ongemakkelijke vragen die de kunstenaar/creatieveling soms voor de voeten geworpen krijgt.
Hoe gaat het met je?’
Ben je nog steeds bezig?’
‘Heb je nog een expositie in het vooruitzicht?’
Er spreekt bijna een soort medelijden uit.
Door dit slecht gekozen begroetingsritueel besef ik dat deze vraag alleen leuk is voor kunstenaars die op dat moment succesvol zijn. De vraag ‘heb je nog een expositie’ steeds vaker met nee te moeten beantwoorden leerde me dat ik het zelf niet meer was.
Verwaaijen constateert dat het ‘niet meedoen’ echter weinig zegt over het werk maar veel meer over het systeem waarin geen plaats is voor alle kunstenaars. Zodoende verzint ze een naam voor deze kunstenaars: kunstenaars zonder carrière. Deze kunstenaars zijn net zoveel kunstenaar als alle andere kunstenaars.
Ik koos ooit voor dit leven omdat ik vrij wilde zijn en zelf de regels kon bepalen, maar dat staat haaks op het feit dat anderen dicteren of ik mag meedoen. Kunst is geen kwestie van meedoen of niet meedoen, het is zoveel groter en veelomvattender. Het is dat wat me vormde, dat wat als eerste ontstond en als laatste overblijft. Als kinderen het huis uit gaan, partners scheiden, vrienden afvallen, banen verdwijnen, dit blijft. Zelfs op mijn sterfbed, ook dan nog zal ik kijken door de ogen van een kunstenaar en het einde voelen naderen met mijn gekleurde kunstenaarsziel. Dus hoezo doe ik niet mee? Ik ben juist een ongelofelijke insider. Waarom laten we ons zo gek maken en lijken we te geloven dat alleen de mensen die meedoen succesvol zijn? Waarom maken we de spelregels niet wat inclusiever door de definitie van succes te verbreden? Succes kan voor de één betekenen dat het werk een mooie plek krijgt in iemands huis, voor de ander valt het samen met het in staat zijn om tijd te kopen voor je persoonlijke ontwikkeling. Je kunt succesvol zijn wanneer je je kunstenaarschap meer dienend inzet door les te geven op scholen of andere centra en daarmee mensen voor wie cultuur helemaal niet vanzelfsprekend is bereikt en inspireert. Vanuit dat perspectief is een veel grotere groep kunstenaars succesvol!
Ik kan het hele stuk wel gaan citeren… LEES DAT STUK!
Geef een reactie