Naar aanleiding van mijn artikel van gisteren over het steeds ‘harder’ mixen van muziek en het commentaar hierop, een kleine aanvulling.
Ooit was er sprake van een norm, een standaard, voor het mixen van muziek en spraak. Hierbij werden de grenzen voor een deel bepaald door de beperkingen van de analoge apparatuur. Bovendien was een standaard nodig om speelfilms goed te mixen. Hiermee voorkwam men dat een bioscoop bezoeker verrast zou worden door de luidheid van de muziek. Het uitgangspunt hierbij is de stem, de stem die zo belangrijk is om de dialogen in een film te kunnen volgen.
Met de komst van de DVD ging het gelijk mis. De heren technici gingen er vanuit dat de meeste surround-sets niet veel dynamische geluid kunnen verdragen en gingen zodoende het signaal compenseren. Tegerlijkertijd ging het geluidsvolume voor CD’s omhoog, gevolg: als je na het bekijken van een DVD besluit een CD te gaan draaien zou je weleens gezeik kunnen krijgen met je buren.
De digitale technieken vragen om een nieuwe standaard. Het punt met name bij digitale techniek is dat het formaat alleen een maximaal volume kent, wat bij analoog meer variabel is. 0 db is het maximale voor digitaal terwijl we bij analoog over de 0 db kunnen gaan ‘uitsturen’, je zult dan vervorming gaan horen maar met name bij rock muziek is daar dankbaar gebruik van gemaakt. En nog steeds zweren de echte die-hards bij deze band-compressie.
In de oude analoge wereld was 0 db een soort norm, een soort gemiddelde, waar je dus overheen kon gaan. Bij digitaal heb je dit niet en dit is nou juist het punt waarop het fout gaat.
Het is beter om een referentie te nemen met een boven- en ondergrens. Zo heeft sound goeroe Bob Katz een tijd geleden een goed voorstel gedaan. Zijn k-14 systeem biedt bijvoorbeeld 14 extra db’s aan ‘headroom’, dynamiek zeg maar, door het bijstellen van een meter-systeem. Ook ik werk al lange tijd met dit systeem. Mijn professionele geluidskaart, RME Hammerfall, biedt fantastische monitoring via digiCHECK welke ook het k-systeem ondersteunt.
Eigenlijk werkt het k-systeem heel eenvoudig want zolang de meter gemiddeld rond de 0 db zit dan is het goed. Je houdt dan een mooi open en dynamisch geluid. Maar helaas wordt het systeem slechts weinig gebruikt.
De enige echt goeie oplossing is naar mijn idee Replay Gain zoals ik in bovengenoemde artikel aangaf. Voordat Replay Gain echt goed werkt moet het eerst alle bestanden die je wil gaan afspelen ‘scannen’ op volume. Daarna zul je zien dat alle muziek even hard klinkt. Misschien zijn niet alle mastering engineers het hier mee eens aangezien zij vaak doelbewust volume verschillen tussen nummers aanbrengen. Toch is Replay Gain echt een oplossing voor al onze media spelers, want het is zo langzaam een echt zooitje geworden met al die volume verschillen. Achteraf compenseren is het enige wat werkt.
Geef een reactie