Gisteravond keek ik met mijn vriendin naar een TV programma over de stress van 30ers.
De stress komt op 1 ding neer: jezelf vergelijken met anderen. En je daardoor dus nooit helemaal goed voelen. Want jij hebt niet zo’n leuke baan, je verdient te weinig, je partner is het eigenlijk net niet, het huis is te klein, je twijfelt je te pletter, et cetera.
En het is niet iets typisch voor 30ers. Neem bijvoorbeeld Remco Campert. Die had zo’n 13 jaar een writers block. Da’s stress. Precies hetzelfde als dat waar die 30ers in dat TV programma mee te kampen hebben: jezelf vergelijken met anderen.
Dat is dus altijd onzin. Maar we zijn ermee opgegroeid. Met vergelijken. Onze ouders doen het. En op school wordt het ons aangeleerd. Zodat we ons beter gaan voelen. Beter dan al die anderen.
The Beatles zijn beter dan The Stones. Iets dat wetenschappelijk onderzocht is, is beter dan mijn mening. Mensen met 9ens op hun rapporten zijn beter dan mensen met 7ens. Een viool is een beter instrument dan een synthesizer. Volwassenen zijn wijzer dan kinderen. Et cetera. Tijdens een crisis hebben we een zorgelijker leven dan zonder een crisis. Mensen in arme landen zijn ongelukkiger dan mensen ik rijke landen. Populaire dingen zijn goed, en onpopulaire dingen niet. Et cetera.
Het tegendeel blijkt juist bewaarheid: we twijfelen onszelf halfgek.
Jezelf vergelijken met anderen heeft nooit zin. Voor muzikanten niet, voor filmmakers niet, voor niemand niet. Want jij bent, jij, en ik ben, ik. Wij verschillen, en juist daarom kijken we naar elkaar. Leren we van elkaar. Houden we van elkaar.
(CC BY foto: Marco Raaphorst)
Geef een reactie