In aanloop naar Parkpop had ik op tv al diverse festivals voorbij zien komen. Pinkpop, Best Kept Secret, Down The Rabbit Hole. Maar goeds, vanaf de bank mis je dan toch wel een hoop. Gisteren kon ik dat goedmaken op Parkpop. In tegenstelling tot die andere festivals was er op Parkpop wel volop ZON!
Met een blauw polsbandje om en oordoppen in kon ik het muzikale gebeuren van een paar meter afstand tot mij nemen. Er begint dan altijd wat te jeuken bij mij als zijnde Deze Gitarist Ziet Een Podium En Wil Rocken! Maar goeds, gisteren dus niet want gisteren was ik van de pers.
My Baby
Deze band krijgt veel aandacht. Ook internationaal. Hun dweperige sound is gebaseerd op lekker gitaarwerk, groovy drumwerk en repeterende zanglijntjes. Het is een band zonder bassist. Rootsy maar tegelijkertijd zijn er ook duidelijk hoorbaar de invloeden uit de dance overheen gegaan. En echootjes zorgen er soms voor dat gitaarlijntje omgebogen worden tot synth-achtige pulserende sounds. Lekker hoor, daar niet van.
De Kraaien
Rinus Gerritsen vergezelde tijdens het nummer Wat Jij Wil met zijn dubbelloops bas De Kraaien. Het was een welkome aanvulling die wat mij betreft best langer had mogen duren. Het showelement bij De Kraaien ligt altijd hoog met hun vermommingstrucs, paaldanseressen en striptease acts, maar boven een lekker potje rocken gaat niets. Geen foefjes maar gewoon rauw over de huig, op z’n Haags!
Typhoon
Glenn de Randamie, aka Typhoon, heeft er altijd zin in. Overtuigend enthousiasme en voorzien van een dijk van een band die met dynamisch speelplezier een veelzijdige muzikale mix tentoonspreidt. Zelfs voor mensen die thuis zijn muziek nooit zullen draaien. Zo doe je dat op een festival. Topklasse!
K’s Choice
Van dik hout zaagt men planken. Zo ook K’s Choice. Het is niet mijn band, ik vind hun liedjes saai, maar afgezien daarvan viel er niets op hun set aan te merken. Uitstekend gespeeld en gezongen. De spil van de band wordt nog altijd gevormd door broer en zus Sarah en Gert Bettens. En ook opvallend: het geluid was uitstekend. Kijk even goed naar bovenstaande foto. Wat zie je? Geen enkele monitor te zien. De band gebruikt een in-ear monitoringssysteem. Hierdoor kunnen de bandleden zichzelf beter horen en hoeft het geluid op het podium niet zo hard te worden gezet. Er waren meer bands op Parkpop die zo’n systeem gebruikten. Deze bands klonken beter dan de rest.
Reverend Peyton’s Big Damn Band
Wat je zag was wat je hoorde. Een band die er trots op is dat ze geen computers of iPads gebruiken. Het klonk sympathiek, dat sigarenkistje met snaren, de vingerhoedjes die over het wasbordje schraapten, maar de songs waren weinig verrassend en de drummer had er moeite mee om het tempo vast te houden. Misschien is een iPad als clicktrack dan toch niet zo’n gek idee!
Eskorzo
Met hun mix van Ska en Latin maakte de band Eskorzo er een zonnig feestje van. Een soort van pretpunk wat altijd een geslaagd format voor Parkpop blijkt te zijn. En zo te zien vond het publiek dat ook.
Marky Ramones’ Blitzkrieg
De Ramones waren ooit rebellen. Nu 40 jaar later leeft er niemand meer van die band op 1 uitzondering na: drummer Marky Ramone. Zijn echte naam is gewoon Marc Steven Bell. Maar goeds, Marky doet gewoon alsof de tijd nog stil staat. Evenals de rest van zijn band Blitzkrieg. Lees: je verft je haar zwart en trekt een broek aan die zo strak zit dat je vanzelf hoog gaat zingen. Het is aartsconservatief allemaal maar ik kon me er kostelijk om vermaken. Alleen al dat cliche van “one, two, three, four” vervolgens een gat laten vallen en dan onvast inzetten. Marky speelde kickuh roffels maar om nu te zeggen dat het allemaal rete strak was? Uhm, nee. Zanger Dressed In Black (mag ik een naam?) schopte uit de maat bozig om zich heen. Ook werd het microfoonsnoer met grof geweld heen en weer gezwiept. En af en toe vloog er een verse rochel uit zijn mond. Een kleuter naast me stond ze naadloos na te doen. Kortom: deze muziek overleeft het allemaal wel in dresscode zwart.
Natuurlijk is muziek theater. Altijd geweest. Geeft helemaal niets. Tenzij je erin gaat geloven. Zoals de 2 oude versleten rockers die iets verderop naar de band stonden te kijken. Rock-gelovigen die zich zichtbaar staande hielden aan het dranghek terwijl het pas 6 uur in de avond was. Nog even en ze zouden omvallen. Dat kon je van Marky en de rest van de band toch niet zeggen.
Jett Rebel
Tijdens de set van de grillige popster met de naam Jet Rebel keek ik een paar keer om me heen. Ik zag hoe jonge meiden de songs enthousiast meezongen. Opvallend want echt toegankelijk is zijn muziek is niet. En gisteren al helemaal wat Jet speelde een weinig toegankelijke set. Op een festival kun je het maar beter wat eenvoudiger houden qua muziek en uitvoering. In de open lucht wordt het geluid al snel een brei en vervliegt het snel.
Billy Ocean
Het geluid bij Billy Ocean was top. En je weet het nu, toch? Geen enkele monitor was er te zien. Zijn muziek is suikerzoet met hits die op 1 hand te tellen zijn. Zelfs als je een vinger mist. Neemt niet weg dat het nostalgisch genieten was bij meneer Ocean die als een vermoeide jogger over het podium sjokte. Van links naar rechts en weer terug. En dat in een 3-delig pak. Om me heen zag ik mensen enorm genieten. Ik zag een paar breekbare ouderen die zowel met de benen als met het gebit het hele concert meedansten. Ook zag ik een heavy metal dude met paardenstaart tot op de bilnaad die overduidelijk daar op het veld van Parkpop zijn Guity Pleasure aan het tentoonspreidde was. Geeft niet jongen, hier mag het.
Parkpop, het was weer lekkâh!
P.S. bovenstaande foto’s staan ook in grootformaat als setje op Flickr.
Geef een reactie