Zoals gewoonlijk op zondag keek ik naar het tv-progamma Podium Witteman. Een programma met louter toptalenten.
Witteman: “Hoe bereik je nou de internationale top?” En gaf vervolgens het woord aan pianopedagoog Marcel Baudet, werkzaam aan het Conservatorium van Amsterdam en artistiek directeur van de Young Pianist Foundation. Hij wil dat er topscholen in Nederland komen zodat we de concurrentie met bijvoorbeeld toptalenten uit bv Azië kunnen aangaan. Hij spreekt over een markt en concurrentie. Zijn relaas riekt naar topsport. En dat is het natuurlijk ook. Het is de wedstrijd van de muscle memory.
Het kan ook anders. Er is namelijk niets mis met mensen die zeggen: “Ben me daar gek om levenslang te knokken om aan de top te komen, ik vind het wel goed zo.” Waarom muziek als een wedstrijd zien? Waarom jezelf vergelijken met anderen? Gewoon lekker spelen, fouten maken en ervan leren, er is niets mis mee. Kun je lachend heel oud mee worden.
Tja, maar ik ben natuurlijk van de Lichte Muziek. Muziek die een antwoord was op de vertrutting van de 50-er jaren. Je draait je versterker open en beng, beng, beng, zo gaat ‘ie LEKKERRRRRRR! Of iets in die geest. De stem des volks. Het mag, nee het MOET wat rauw klinken.
Ik krijg dus soms jeuk als ik naar Podium Witteman kijk. Ik voel de kramp, de druk, de verplichting een net pakkie te moeten dragen, je haartjes netjes gekamd en bekakt te moeten praten. Dan prijs ik me gelukkig dat ik van de Lichte Muziek ben.
I’ve been around the world, had my pick of any girl
Randy Newman – It’s lonely at the top
You’d think I’d be happy but I’m not
Everybody knows my name
But it’s just a crazy game
Oh, it’s lonely at the top
Geef een reactie