Via het geweldige album Rain Dogs van Tom Waits uit 1985 leerde ik gitarist Marc Ribot (1954) kennen. Hij viel op met zijn compleet eigen stijl die duidelijk gestoeld is op Amerikaanse rootsmuziek maar daar tegelijkertijd hoorbaar uit probeert te breken. Marc combineert de rauwe sound van blues en rock ‘n’ roll met de tegentonen uit de free jazz. Tegentonen die hij mooi weet te krijgen, zoals ze in het nummer I want you van Elvis Costello klinken. Inclusief de memorabele solo bestaande uit 2 noten.
Zandloper
Het is 17 maart 2015 en Marc Ribot speelt in Den Haag in de Kleine Zaal van het Paard van Troje in Den Haag. Solo. Voor aanvang speculeer ik nog wat met zanger/gitarist Melle de Boer en gitarist Dick Zuilhof over wat ons te wachten staat. “Ik denk dat het een beetje ongemakkelijk zal worden”, voorspelt Dick.
Het concert begint.
Marc neemt plaats op een klapstoel, speelt een paar maten en grist vervolgens naar de zandloper die op de tafel naast hem staat en draait hem om. 40 minuten te gaan. Marc laat het plectrum over de snaren schuren, slaat harde dissonante akkoorden aan en raast over de snaren. Andere stukken worden juist heel ingetogen en breekbaar gespeeld. Maar telkens ligt een kleine of grote ontsporing in het verschiet. Buiten de gebaande paden om. Het is een gevoel van uitersten dat hier tussen de nepkaarsen opsteekt. Oorlog en vrede.
Van zijn bijzonder mooie album Silent Movies uit 2010 speelt Marc diverse stukken. Op dat album beperkt Marc zich. Van echte ontsporing is geen sprake. Maar vanavond is het anders. Vanavond moet alles eruit.
Waxinelichtjes op batterijen
Ik begin het warm te krijgen. Ongemakkelijk warm. Het ligt niet alleen aan de airco die uitstaat. Het vreemde interval dat de airco en ventilatoren produceren kan Marc niet waarderen en dus is het hele spul inclusief verlichting op zijn verzoek uitgezet.
Tijdens het concert wordt het podium slechts verlicht door een halve cirkel aan waxinelichtjes op batterijen. Maar Marc zit ogenschijnlijk prima op zijn gemak te wezen. Zijn colbertjasje blijft aan.
Spannend, inspirerend en soms ronduit mooi.
Na de pauze wordt opnieuw de zandloper omgedraaid.
Dada
Een beetje ontsporen is wat mij juist zo aantrekt in het spel van Marc. Dat randje, dat tegendraadse. Maar vanavond is het niet een kwestie van een beetje ontsporen maar een beetje veel ontsporen. Wonderlijk om mee te maken. Ik hoor en zie hoe deze Dadaïst op akoestisch gitaar er alle mogelijke klanken uitperst.
Met zijn mond maakt ‘ie een vinger nat en laat hem glijden over de top van zijn gitaar alsof het een conga is. Er klinkt wat gegrinnik vanuit de zaal. En razensnel schuift hij een potlood onder de snaren en plaatst een slide op zijn pink. Tweemaal verzet Marc het potlood 1 fret hoger om zo de boel te transponeren. Er heerst controle binnen het ongecontroleerde.
Zijn interpretatie van het bekende lied Happiness Is A Warm Gun van The Beatles maakt me zeer gelukkig.
Marc kijkt eerst op zijn horloge en daarna naar de zandloper. A done deal. Na luid applaus mag ‘ie nogmaals terugkomen. De klassieker There Will Never Be Another You wordt voorzien van wat ongemakkelijke bebop licks en nog eenmaal worden alle zijwegen op de gitaar verkend. Dan is ‘ie klaar.
Tolstoj op het hobbelpaard verlaat het podium. De airco kan weer aan.
Geef een reactie