Op verzoek de Belgische vereniging Masereelfonds vertrok ik gisteren richting België voor het geven van een korte lezing over mijn eigen filosofie achter auteursrechten. Later die middag nam ik deel aan het debat, waarin ook twee heren van SABAM (Belgische BUMA), Godfried Willem Raes (Logos Foundation) en Dirk Van Der Speeten (de kleine podia) deelnamen.
Het publiek bestond uit mensen die vrijwel niet op de hoogte waren van Creative Commons. Ook het noemen van Flickr blijkt nog op vraagtekens te stuitten. Groot op internet betekent nog echt niet dat het volk het ook kent. Alleen een deel van het volk. Bij elke lezing blijft het maar weer lastig om te kunnen bepalen wat het kennisniveau is. Al snel moet je helemaal terug naar de basis en kun je hooguit slechts een paar dingen onder de aandacht brengen.
Opnieuw werd duidelijk dat de definitie Niet-Commercieel in Creative Commons licenties lastig te bepalen valt. Daar moeten internationaal echt discussies over gevoerd moeten worden. Het allerzwakste onderdeel van CC tenzij dat duidelijk gedefinieerd gaat worden in de toekomst. Helaas voor Nederland doet CC nu een pilot met de BUMA en wordt de definitie van de BUMA gehanteerd. Aan de ene kant schept dat duidelijkheid maar naar mijn idee is deze definitie veel te rigide. Ik hoop dat Creative Commons daar volgend jaar echt over wil gaan discussiëren met experts vanuit een open visie. Daar liggen de nieuwe kansen, zie ik raakvlakken met non-profits en onze Publieke Omroep om maar iets te noemen.
Ja, opvallend was om weer te merken hoe vast mensen blijven houden aan oude regels. Copyright met name, ooit verzonnen door de boekdruk-industrie maar inmiddels achterhaald. Als je aan copyright gaat komen, kom je aan hun geld zo lijkt het. Niets is minder waar. Copyright zorgt niet voor veel geld. Zelfs een auteursorganisatie als SABAM of de BUMA lukt dat niet. Het merendeel verdient daar een bijzonder slechte boterham uit, is gewoon arm, tenzij er overige inkomsten zijn. Ik heb SABAM nog gevraagd hoe hoog het percentage is van auteurs die er een dikke boterham aan verdienen. Antwoord kreeg ik niet. Ik schat in dat dit nog geen 5% is van alle aangesloten auteurs is. De reden is natuurlijk dat de overheadkosten van een BUMA of SABAM gigantisch zijn en dat het merendeel van de poen eerst nog naar een platenlabel gaat die na aftrek van haar overhead weer de poen richting musici overmaakt. De auteurs systemen lijken alleen ervoor te zorgen dat deze organisaties kunnen bestaan, maar de auteurs komen er maar mager vanaf zo is de indruk.
Ook opvallend is dat SABAM in principe een samenwerking tussen CC en SABAM ziet zitten. Ze zouden niet ver van elkaar staan. Eens, een groot deel van de CC artiesten heeft behoefte aan collectiebeheer. Maar de invulling daarvan is nog wel lastig. Opnieuw: wat is commercieel gebruik en wat niet?
Godfried Willem bracht luid en duidelijk naar voren dat een idee, een verhaal, een compositie of whatever dat niet tastbaar is nooit bezit kan zijn. Het kan niet gestolen worden. Eens! Iets als intellectueel eigendom bestaat gewoon niet. Lees vooral zijn geweldige stuk ‘De absurditeit van het auteursrecht’.
Volgens Godfried Willem zou het ook in mijn geval logisch zijn om mij niet druk te maken over commercieel gebruik. Hij zou het juist vinden als ik alleen om naamsvermelding zou vragen. Ik worstel er al een tijdje mee. Het is wel eenvoudig, geen gezeur: iedereen mag dan mijn werk gebruiken onder enige voorwaarde: noem mijn naam! En dat zal mij en mijn muziek populairder maken. Het enige wat mij ervan weerhoudt is angst voor commercieel misbruik.
Creative Commons blijft een prima oplossing voor creatief werk. Op het internet neemt het gebruik toe. Ook PC Magazine schrijft er het een en ander over in positieve bewoordingen.
Geef een reactie